Het AVI-systeem is een praktisch hulpmiddel bij het zoeken naar een leesboek. Het technisch leesniveau van een kind geeft aan hoe goed het kind de woorden in een tekst kan lezen. Dus letterlijk hoe goed een kind kan lezen wat er staat. Het technisch leesniveau van een boek geeft aan of een boek veel of weinig moeilijk leesbare woorden bevat en wordt uitgedrukt in een AVI-niveau.
AVI in de bibliotheek
In de bibliotheek staan de boeken gerangschikt volgens AVI-niveau. AVI-start (begin eerste leerjaar) staat onderaan en wordt gevolgd door M3 (midden eerste leerjaar), E3 (eind eerste leerjaar), M4 (midden tweede leerjaar) en E4 (eind tweede leerjaar). Alle boeken voor beginnende lezers (6-8 jaar) herken je aan een gele sticker.
Jouw kind kan een boek kiezen waarvan het AVI-niveau overeenkomt met zijn of haar eigen AVI-niveau. Zo weet je zeker dat het boek goed aansluit op het technisch leesniveau van je kind. Maar het AVI-niveau is natuurlijk geen keurslijf waar je je heel strikt moet aan houden. Het belangrijkste is dat je kind plezier heeft in lezen. Kijk daarom goed of een boek past bij de belevingswereld van jouw kind en of het boek aansluit bij zijn of haar interesses. Een kind kan een bepaald onderwerp zo leuk vinden dat het een moeilijk boek over dat onderwerp met heel veel plezier leest!
5 vingers
De vijf vingertest maakt het makkelijker een boek te kiezen dat past bij het leesniveau van je kind
- Het kind kiest een boek dat hem aaspreekt en leest de eerste bladzijde; bij het begin van de pagina houdt hij vijf vingers omhoog
- Wanneer het kind een woord tegenkomt dat het met moeite kan lezen of niet begrijpt, doet het een vinger naar beneden.
- Als voor het einde van de bladzijde alle vingers naar beneden zijn, is het boek waarschijnlijk nog te moeilijk.
Andersom kan natuurlijk ook: beginnen met een vuist en dan telkens een vinger opsteken tot de hand vol is.
